Belangrijkste financiële aspecten uit de begroting

Begrotingsbeeld

Terug naar navigatie - Begrotingsbeeld

Wij voeren een gezond en realistisch financieel beleid dat past bij onze gedeelde ambities die onder deze begroting liggen. Bij een gezond financieel beleid zetten we in op een structureel meerjarig sluitende begroting (begrotingsevenwicht). Hierbij gaan we uit van stabiele gemeentelijke woonlasten. 

In de inleiding is aangegeven dat de gemeentelijke financiën momenteel onvoldoende zijn voor het uitvoeren van het huidige takenpakket. Daarom presenteren wij u een reëel en structureel sluitende begroting voor 2025 en laten voor 2026, 2027 en 2028 structurele tekorten zien die grotendeels voortkomen uit onzekerheden en onduidelijkheden vanuit het Rijk voor structurele dekking op omvangrijke gemeentelijke taken zoals het sociaal domein. Wij kiezen er daarom voor om geen onomkeerbare maatregelen, bezuinigingen in te boeken voor 2026 tot en met 2028. Gelet op de tekorten na 2025 zijn we terughoudend geweest met het opnemen van structurele lasten in 2025.

De tekorten vanaf 2026 worden vooral veroorzaakt door de verwachte daling van de algemene uitkering  en de stijging van de kosten van jeugdzorg. Het jaar 2026 blijft zeer onzeker, omdat het kabinet het regeerakkoord nog verder in detail moet uitwerken. Concreet betekent dit dat de kabinetsafspraken tot en met 2025 in de algemene uitkering zijn verwerkt en dat de onzekerheid blijft totdat het kabinet haar plannen over de omvang van het gemeentefonds presenteert. De verwachting is dat hierover meer duidelijkheid komt bij de meicirculaire 2025.  

De voorliggende begroting is voldoende robuust. Dit wil zeggen dat we structureel evenwicht in het jaar 2025 hebben en ons weerstandsvermogen (o.a. algemene reserve) ruim voldoende is om risico’s de komende jaren op te kunnen vangen. Zeker in deze tijd van onzekerheid is het belangrijk om een buffer te hebben. Een gedeelte van deze buffer (algemene reserve) zetten we in als algemeen dekkingsmiddel. Met onderstaand begrotingsbeeld blijven we binnen de normen van het provinciaal toezicht. 

In 2025 houden u op de hoogte van de ontwikkeling van deze macro-economische risico’s en de onvoorziene ontwikkelingen. We blijven onze financiële positie intensief volgen en sturen indien nodig bij.  

 

Actuele begrotingsbeeld

Terug naar navigatie - Actuele begrotingsbeeld
Het actuele begrotingsbeeld ziet er als volgt uit:
2025 2026 2027 2028
Stand van de begroting
Structureel 194 -2.616 -2.519 -2.456
Incidenteel -1.140 -288 0 0
Totaal -946 -2.904 -2.519 -2.456

Toelichting actueel begrotingsbeeld

Terug naar navigatie - Toelichting actueel begrotingsbeeld

In de voorliggende begroting hebben we vanuit de raadsagenda 2023-2026 onderwerpen opgenomen. Verder zijn de structurele doorwerkingen van de Burap 2024 opgenomen. De algemene uitkering is gebaseerd op de meicirculaire 2024. De budgetten in het sociaal domein zijn aangepast om de beleidskeuzes vanuit de bestaande visie in het sociaal domein verder uit te werken en om de ingeslagen koers te verstevigen. De financiële gevolgen van het integraal huisvestingsplan onderwijs, de nota beheer infrastructuur en vastgoed, het Duurzaam Meerjaren Onderhoudsplan (DMOP), het koersdocument cultuur en het koersdocument sport en bewegen zijn ook vertaald in deze begroting.  
  
Op dit moment is een aantal projecten in voorbereiding. Omdat hiervoor nog geen besluitvorming heeft plaatsgevonden en de financiële gevolgen onvoldoende inzichtelijk zijn, was het niet mogelijk om de financiële gevolgen hiervan in de primaire meerjarenbegroting 2025-2028 te verwerken. De projecten hebben we wel inzichtelijk gemaakt in het overzicht ‘projecten in voorbereiding’. Verwerking in de begroting 2025-2028 vindt plaats nadat de raad hierover heeft besloten. 

Ontwikkeling meerjarenperspectief

Terug naar navigatie - Ontwikkeling meerjarenperspectief

In onderstaande tabel ziet u de ontwikkeling van het begrotingssaldo

Tabel: Ontwikkeling begrotingssaldo
2025 2026 2027 2028 I/S
Saldo na raadsvergadering juli 2025
Incidenteel -238 -53 0 0
Structureel -21 -2.819 -2.105 -2.105
Totaal -259 -2.872 -2.105 -2.105
Ontwikkelingen
1. Algemene Uitkering -312 1.067 86 130 S
2. Structurele doorwerking Burap 2024 -165 -165 -165 -165 S
3. Netto-verhoging bijdragen verbonden partijen -213 -258 -214 -234 S
4. lagere rente- en afschrijvingskosten 744 296 280 250 S
5. Ontwikkelingen in programma's -2.516 -2.295 -1.350 -1.409
- programma 1 -469 -316 -115 -173 I/S
- programma 2 -106 -17 -17 -17 I/S
- programma 3 -140 -350 -351 -352 I/S
- programma 4 -1.154 -1.080 -380 -380 I/S
- programma 5 -647 -532 -487 -487 I/S
6. netto-stijging salariskosten (inclusief bestuur) -44 -44 -44 -44 I/S
7. Afval, riool, doorberekende uren aan projecten 42 42 42 42 S
8. Netto-voordeel Leges, toeristenbelasting en marktgelden 41 6 6 6 I/S
9. Stabiele woonlasten 254 254 255 382 S
10. Besparingen binnen bestaande budgetten 455 368 368 368 S
11. Geen prijscompensatie niet geclaimde budgetten 323 323 323 323 S
12. inzet surplus algemene reserve 704 374
Saldo primitieve begroting 2025 -946 -2.904 -2.518 -2.456
Incidenteel -1.140 -288 0 0
Structureel 194 -2.616 -2.519 -2.456
Totaal -946 -2.904 -2.519 -2.456

Toelichting ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Toelichting ontwikkelingen

1.     Algemene uitkering  
De algemene uitkering uit het gemeentefonds bepaalt voor 60% de inkomsten voor de gemeente. De algemene uitkering heeft de afgelopen jaren grote schommelingen laten zien door de economische ontwikkelingen en door de herverdeling van het gemeentefonds.  
Begin juli 2024 bent u via de raadsinformatiebrief geïnformeerd over de financiële gevolgen van de meicirculaire 2024. De resultaten van de meicirculaire 2024 zijn verwerkt in de voorliggende begroting. 

2.    Structurele doorwerkingen Burap 2024 
In de vergadering van 17 september jl. is de Burap 2024 geamendeerd vastgesteld. De volgende structurele doorwerkingen van de BURAP 2024 zijn in de begroting 2025-2028 verwerkt: 

Structrule doorwerkingen burap 2024 2025 2026 2027 2028
Structureel vanuit exploitatie burap 2024
- per saldo hogere uitgaven bijstandsontvangers -128 -128 -128 -128
- bijdrage Groote Heide -44 -44 -44 -44
Verwerkt in jaarschijf 2024 burap 2024 -172 -172 -172 -172
Kredieten burap 2024; kapitaallasten vanaf 2025
- verlichting fietspaden tussen dorpen -4 -4 -4 -4
- geen tijdelijke huisvesting Bravo college (rentekosten) 11 11 11 11
Totaal structurele doorwerkingen Burap 2024 -165 -165 -165 -165

Toelichting ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Toelichting ontwikkelingen

3.    Netto-verhoging verbonden partijen
Door de oplopende inflatie, de gestegen salariskosten en de oplopende rente zien we een stijgende lijn in de bijdragen aan gemeenschappelijke regelingen. Voor de jaarschijf 2025 bedragen de uitgaven aan de gemeenschappelijke regelingen ruim € 13,0 miljoen, circa 17% van het begrotingstotaal. 
 
We hebben de betreffende begrotingen van de gemeenschappelijke regelingen met daarin de onderbouwing van de kosten aan de raad gepresenteerd. Op basis van deze begrotingen stijgt de bijdrage van de verbonden partijen in 2024 met € 753.000.  
 
De oorzaak van de stijging is de verhoging van de bijdrage aan de GRSA2 (€ 570.000), de GGD 
(€ 55.000), de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant (ODZOB) (€ 24.000), de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost (VRBZO) (€ 66.000) en MRE (€ 38.000). De bijdragen zijn gebaseerd op de vastgestelde begrotingen van deze verbonden partijen.  
 
Een gedeelte van de stijging vangen we op door inzet van de stelpost loon- en prijscompensatie
(€ 540.000). 

4.    Lagere rente- en afschrijvingskosten
Jaarlijks actualiseren we de meerjarige rente- en afschrijvingslasten. Op basis van deze actualisatie zijn in 2025 de afschrijvings- en rentekosten lager. Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat niet alle investeringen in het tempo zijn uitgevoerd zoals in de raming is opgenomen. Met name de investeringen in het Centrumplan Budel, de gemeenschapsvoorzieningen de Schaapskooi en de Schakel, Samen naar de A2, fietspaden 2022, projecten in het uitvoeringsprogramma wegen, verledding openbare verlichting, Meemortel vervanging verhardingen rijbaan en het uitvoeringsprogramma Verkeer en Vervoer

Verder ramen we lagere rentekosten omdat het afgelopen halfjaar de rente op de kapitaalmarkt daalde. In de begroting 2025 houden we rekening met een rentepercentage van 3,25% (was 3,75%). 

5.    Ontwikkelingen binnen de programma’s
In de begroting 2025 nemen wij in de jaarschijf 2025 (ruim € 2,5 miljoen ) en in 2026 (bijna € 2,3 miljoen) op. Vanaf 2027 nemen wij circa € 1,4 miljoen op. In bijlage 8 “ontwikkelingen begroting 2025” zijn deze lasten gespecificeerd.

De belangrijkste ontwikkelingen zijn: 
a.    Jeugdzorg: Extra middelen door stijgende kosten jeugdzorg en structureel maken van de inzet van 2 jeugdconsulenten
b.    Investeringen in de openbare ruimte (Samen naar de A2, verkeersveiligheid en riolering). 
c.    Investeringen/vervangingen sportaccommodaties o.b.v. het uitvoeringsprogramma sport 2025:
o.a. Vervanging sportvloer Smeltkroes, LED verlichting (fase 2), velden VV Maarheeze
d.    Middelen sportvisie meerjarig opgenomen vanaf 2026 
e.    Verkenning mogelijke gebiedsontwikkeling Maarheeze
f.    Opstellen omgevingsplan
g.    Onderwijs: extra inzet projecten Integraal Huisvestingsplan
h.    Toezicht en handhaving: Project permanente bewoning vakantiepark
i.    Toezicht en handhaving: Structureel maken van de inzet van 2 tijdelijke boa’s
j.    Recreatie en toerisme: middelen voor het uitvoeringsprogramma toerisme o.b.v. nieuwe visie.
k.    Opvang zwerfdieren en ongediertebestrijding
l.    Organisatieontwikkeling en dienstverleningsconcept.
  
6.    Stijging salariskosten

De salariskosten in de begroting 2025 zijn gebaseerd op de cao die op 31 maart 2025 afloopt en een loonstijging van 2,3%. Onderhandelingen over een nieuwe cao zijn opgestart. De verwachte loonstijging (2,3%) vangen we in de begroting 2025 op door de stelpost loon- en prijsstijging in te zetten.
 
De stijging van de salariskosten door voorgestelde formatie-uitbreiding zijn onder de ontwikkelingen per programma opgenomen. In de programma’s is een toelichting gegeven waarvoor en waarom deze formatie benodigd is. De stijging van de salariskosten wordt veroorzaakt door de periodieke verhogingen. 

Voor een toelichting op het totale P-budget verwijzen wij u naar de paragraaf bedrijfsvoering.   

7.    Afval, riool, doorberekende uren aan projecten 

Binnen de beleidsvelden afval en riolering ontstaat per saldo een voordeel van € 16.000. Dit wordt enerzijds veroorzaakt doordat de doorberekende uren (inclusief overhead) per saldo hoger zijn dan de raming. Aan riolering worden meer uren en rentekosten doorbelast en aan afval worden minder uren doorberekend. Deze per saldo hogere doorbelastingen worden in het tarief doorberekend. Hierdoor wordt de exploitatie per saldo minder belast .   
 
Anderzijds is de btw-component die in de afvalstoffenheffing en het rioolrecht wordt doorberekend hoger dan geraamd. Op de beleidsvelden afval en riool ontstaat hierdoor een voordeel. 

Op basis van de actualisatie van de urenverdeling ontstaat een voordeel van € 26.000 in de doorberekende uren aan projecten en grondexploitaties.  

8.    Netto-voordeel leges, toeristenbelasting en marktgelden 

Bij het opstellen van de begroting 2025-2028 hebben we een berekening van de leges tarieven geactualiseerd. De financiële gevolgen van de actualisatie van de legesverordening 2025 zijn in de begroting 2025-2028 verwerkt. 

Bij de berekening van de legestarieven houden we rekening met de kaders van uw raad. Geconcludeerd is dat het bereiken van 100% kostendekkendheid van tarieven complex is. Dit is complex omdat we rekening moeten houden met regionale afspraken, kaders van de raad, maatschappelijke doelstellingen en wettelijk vastgestelde tarieven. Het kostendekkingspercentage voor 2025 komt uit op 78,20% 
(2024: 72,69%). 

In de begroting 2025-2028 hebben we de marktgelden, de begraafrechten en de toeristenbelasting met 2,3% verhoogd. Het netto voordeel van de actualisatie van de leges is voor 2025 € 35.000. Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de stijging van het aantal reisdocumenten en rijbewijzen. In de paragraaf lokale heffingen is een uitgebreide toelichting opgenomen. 
 

9.    Stabiele woonlasten

Voor 2025 kiezen we voor stabiele woonlasten. Wij stellen voor om de tarieven van het rioolrecht en de afvalstoffenheffing voor 2025 niet te verhogen en de ozb opbrengst met 9,3% te verhogen. Enerzijds stijgt de ozb-opbrengst met het inflatiepercentage (2,3%) en een compensatie voor het niet verhogen het rioolrecht en de afvalstoffenheffing (4%). Anderzijds stellen wij een verhoging van 3% voor om de extra lasten van de gemeenschapsvoorzieningen te dekken. Deze extra opbrengst van 3% (€ 177.000) storten we in de reserve gemeenschapsvoorzieningen. Uit het overzicht “ontwikkeling woonlasten” in de paragraaf lokale heffingen blijkt dat in de periode 2023-2025 de totale woonlasten gemiddeld met 1% zijn gestegen. 
   
In de begroting 2025-2028 is een areaaluitbreiding voor woningen (0,4%) en voor niet-woningen (0,2%) verwerkt. Verder is in de jaren vanaf 2026 een verhoging van 2,3% van het ozb tarief meegenomen. Dit doen we omdat jaarlijks de lonen en prijzen stijgen. Omdat de jaarschijf 2028 een kopie is van 2027 betekent dit een voordeel vanaf 2028 van € 127.000.  

10.    Besparingen binnen bestaande budgetten
In de jaren 2020 tot en met 2022 waren de jaarrekeningresultaten groter dan € 3 miljoen en in 2023 bedroeg het rekeningresultaat € 1,8 miljoen. Voor het merendeel is dit veroorzaakt door incidentele en niet-beïnvloedbare voordelen. Uit een analyse van de budgetten van de laatste 3 jaren komt naar voren dat een aantal budgetten structureel naar beneden kunnen worden bijgesteld. Het voordeel dat hierdoor ontstaat in 2025 (€ 455.000) en vanaf 2026 (€ 368.000) is in deze begroting verwerkt.

11.    Geen prijscompensatie niet geclaimde budgetten
Om de loon- en prijsstijgingen op te vangen nemen wij al jaren een stelpost op en verhogen wij niet automatisch de budgetten. Eventuele niet-benodigde loon- en prijsstijgingen in enig jaar komen dan als voordeel terug in de exploitatie. Het indexeren van budgetten is namelijk al jaren geen automatisme. Alleen aantoonbare loon- en prijsstijgingen komen hierdoor in aanmerking voor indexatie. 

In 2025 stellen wij voor om automatische indexatie op budgetten alleen toe te passen daar waar het onvermijdelijk is vanwege externe en/of wettelijke oorzaken zoals de gemeenschappelijke regelingen, regionale afspraken in het sociaal domein en CAO overeenkomsten. Alle niet doorgevoerde prijsverhogingen in de overige budgetten werken daarmee als een reële budgetverlaging en zijn een voordeel voor de begroting.

12.     Inzet surplus algemene reserve
Gemeenten mogen vanaf 2025 jaar het surplus in de algemene reserve (de reserve waar geen bestemming aan is gegeven) aanwenden voor het dekken van structurele exploitatielasten. Van dit vrij besteedbare deel, het surplus, mogen gemeenten 10% inzetten voor structurele lasten. Dit onder de voorwaarde dat de solvabiliteit van de gemeente groter of gelijk aan 20% is en blijft. Dit deel wordt dan tot ‘structurele baat’ bestempeld. Ook moet het weerstandsvermogen naar het oordeel van de toezichthouder voldoende zijn, gebaseerd op een adequate risico-inventarisatie. 

Projecten in voorbereiding (nog geen besluitvorming)

Terug naar navigatie - Projecten in voorbereiding (nog geen besluitvorming)

Op dit moment zijn de projecten die in onderstaande tabel staan in voorbereiding. Omdat hierover nog geen besluitvorming heeft plaatsgevonden zijn de financiële gevolgen hiervan niet verwerkt in de primaire meerjarenbegroting 2025-2028.

Projecten in voorbereiding (nog geen besluitvorming)
2025 2026 2027 2028
PR 1 De Borgh Budel; extra middelen pm pm pm pm
PR 1 De Schaapskooi Gastel, extra middelen pm pm pm pm
PR 1 De Schakel Budel-Dorplein; extra middelen pm pm pm pm
PR 1 De Reinder Budel Schoot; extra middelen pm pm pm pm
PR 1 Smeltkroes Maarheeze; extra middelen pm pm pm pm
PR 1 (Overdracht) Woonwagens pm pm pm pm
PR 1 Huisvestingsopgave woonzorgvisie integreren in woningbouwprogramma pm pm pm pm
PR 1 Uitvoeringsprogramma Masterplan verkeer pm pm pm pm
PR 1 Verkeer: verkeersafwikkeling vrachtverkeer zuidkant Cranendonck pm pm pm pm
Totaal projecten in voorbereiding (nog geen besluit) 0 0 0 0